Gezondheid & Tips:
(Lees hier onder allerlei tips over opvoeding, ziektes en over gebreken.)
TIPS:
AANSCHAF VAN EEN PUP
Waarop moet U letten bij de aanschaf van een pup
Het is belangrijk dat Uw eerste indruk goed is. De pups zijn actief en vrolijk. Ze zien er verzorgd uit. Ze zijn niet mager met een bol buikje.
Als U met de pups bezig bent mogen ze niet angstig reageren,
- De oogjes moeten helder en schoon zijn.
- De oren moeten schoon zijn.
De vacht is glanzend en er zijn geen parasieten te zien.
Als U overweegt een rashond aan te schaffen is het verstandig U van tevoren te laten informeren over eventueel voorkomende erfelijke afwijkingen die er bij het bewuste ras voorkomen (bijv. heupdysplasie of oogafwijkingen). U kunt hiervoor terecht bij de dierenarts of bij de rasvereniging. Vraag bij de fokker of hij op de hoogte is van eventuele testen en onderzoeken ter voorkoming van deze erfelijke afwijkingen en wat de uitslag bij de ouderdieren is.
PS : koop liever geen honden bij handelaren.
Gezondheidsonderzoek bij de dierenarts
Als alles er allemaal goed uitziet en U heeft het pupje opgehaald is het toch verstandig hem door de dierenarts te laten onderzoeken.
Bij dit onderzoek worden onder andere de oren onderzocht op oormijt. De moederhond kan dit op de pup overbrengen. Ook als de oren tijdens het onderzoek schoon blijken te zijn, moet u wekelijks de oren controleren om eventuele infecties vroegtijdig te onderkennen. Als uw hond vaak aan zijn oren krabt en ze zijn bovendien vuil, ga er dan mee naar de dierenarts.
De vacht wordt onderzocht op parasieten. Gebruik onder een leeftijd van 3 maanden alleen bestrijdingsmiddelen die de dierenarts u adviseert.
Eventuele aangeboren gebreken kunnen tijdens het algemeen lichamelijk onderzoek aan het licht komen.
Entingen
Als de pup 6 weken oud is, dient hij geënt te worden tegen Hondenziekte en Parvo. Op 9 weken leeftijd wordt de pup geënt tegen Parvo , Parainfluenza en de Ziekte van Weil ( de kleine cocktail )
Op 3 maanden leeftijd wordt de hond nogmaals geënt voor Hondenziekte en Parvo maar daar komt dan de enting voor de Ziekte van Weil, Leverziekte, Parainfluenza en het Adenovirus bij. Deze gecombineerde enting noemen we de "grote cocktail enting".
Wij enten op maat daarom adviseren wij om jaarlijks de entingen te herhalen. Het ene jaar de kleine cocktail daarna de grote cocktail. Is uw pup eenmaal op de kliniek geënt dan krijgt u automatisch het volgende jaar bericht voor de herhaling. Tevens wordt bij elke enting een volledig lichamelijk onderzoek bij uw hond verricht. Dit is de meerwaarde die wij u als kliniek bieden.
Indien u naar het buitenland gaat bent u verplicht uw hond een maand van tevoren tegen Hondsdolheid te laten enten. Deze enting is afhankelijk van het vaccin een tot drie jaar geldig.
Gaat uw hond naar het pension vraag dan naar de aldaar gestelde eisen t.a.v. de entingen. Meestal zal uw hond een aanvullende enting tegen kennelhoest nodig hebben. Sommige pensions accepteren echter alleen een bepaalde entstof. We hebben alle entstoffen op voorraad. Ook op cursussen en bij de uitlaatservice is een kennelhoest enting verstandig en soms zelfs verplicht.
Ontwormen
Bijna alle pups zijn door hun moeder (via de baarmoederwand en/of de moedermelk) besmet met spoelwormen, daarom moeten ze op jonge leeftijd al regelmatig worden ontwormd. Een goed schema voor het ontwormen is:
- 2,4 en 6 weken leeftijd
- 2,4 en 6 maanden leeftijd
- daarna 2 keer per jaar
Ontwormen is extra belangrijk als er kleine kinderen in huis zijn, dit omdat de spoelwormen van de hond (en kat) besmettelijk zijn voor mensen. Bij de dierenarts kunt U goed werkende ontwormingsmiddelen verkrijgen.
Voeding :
Puppy-voer is het beste voer voor uw jonge pup. Dit voer moet wel van goede kwaliteit zijn . Geef dit puppy / junior -voer tot 1 jaar leeftijd. Daarna kunt U overstappen op voer voor volwassen honden. Het geven van extra kalk (Gistocal, Hoka-mix) aan jonge opgroeiende honden kan schade veroorzaken aan de gewrichten, U doet hier meer fout dan goed mee!
Tot 3 maanden leeftijd kunt U de pup het best 4x daags voeren. Tot 1 jaar leeftijd 2-3x daags voeren, daarna is 1x daags voeren voldoende. Wij adviseren om zeer grote honden zeker 2x daags te blijven voeren.
Het is belangrijk om uw pup niet te dik te laten worden, zodat de nog jonge en kwetsbare gewrichten niet overbelast worden.
Opvoeding
De hond is van nature een roedeldier. Wanneer hij in een gezin terechtkomt gaat hij de huisgenoten als roedel zien. Hij heeft de behoefte aan een duidelijke baas, een leider. Vooral de derde en vierde levensmaand is de periode waarin de hond zijn rangorde in het roedel gaat bepalen. Wanneer er niemand in het gezin een duidelijke baas voor hem is, zal hij proberen zelf die rol op zich te nemen. Leer hem dus spelenderwijs maar consequent van jongs af aan de regels waar hij zich aan heeft te houden, duidelijke verhoudingen in deze relatie zorgen ervoor dat U én de hond een fijne toekomst tegemoet gaan.
Vanaf de leeftijd van 3 maanden (na de "Cocktail enting") kunt u met de pup een puppycursus gehoorzaamheid volgen. Hier wordt u en uw hond op speelse wijze de basisprincipes van de hondenopvoeding geleerd. De meeste honden gaan er met veel plezier naar toe!
*****
ONTWIKKELINGS FASES VAN DE PUP
Voor u is het van belang te weten op welke periodes u invloed heeft en welke dit zijn.
- 1 tot 3 weken- Nestfase
- 3 tot 4 weken - Overgangsfase
- 4 tot 8 weken - Inprentingsfase
- 8 tot 12 weken - Gewenning omgevingsfase
- 12 tot 16 weken - Rangorde fase
De Nestfase:
De eerste drie weken bestaan voor de pup uit eten en slapen. Deze fase wordt volledig besteed aan groeien. Rond de 13e dag gaan bij de pup de oogjes open, ze gaan echter pas zien rond de 18e dag. Ook dan gaan ze de andere zintuigen gebruiken zoals bijvoorbeeld de oren.
Overgangsfase:
In de derde en vierde week gaat de pup het nest verlaten. Alle zintuigen zijn nu goed ontwikkeld en verder begint de pup vast voedsel te eten.
Inprentingsfase:
Deze periode is de belangrijkste periode. In deze fase leert hij zijn soortgenoten kennen. Hij leert zijn eigen soort kennen met betrekking tot de taal van honden onderling. Een pup groot brengen met de fles is gedoemd te mislukken als hij bij zijn moeder vandaan gehaald wordt. Deze honden zijn gestoord in hun gedrag. Gaat er iets mis tijdens de inprentingsfase dan kan dit NOOIT meer hersteld worden!!
Gewenning omgevingsfase:
In de gewenningsfase leert de pup zijn omgeving verkennen. Dus ziet een pup in deze periode nauwelijks andere honden en/of mensen dan zal hij de rest van zijn leven angstig zijn voor honden en/of mensen omdat hij deze niet kent. Het is erg belangrijk dat een pup in de leeftijd van 8 tot 12 weken heel veel indrukken op doet (de kat/de auto/de fiets).
Wilt u later uw hond meenemen naar bijvoorbeeld een manege zorg er dan voor dat uw pup in aanraking komt met paarden. Het hoeft maar heel kort te zijn en uw pup moet het als positief ervaren. Als een pup veel indrukken op doet in deze periode hebben wij het over een verrijkte omgeving.
Wordt een pup grootgebracht in een prikkel arme omgeving dan spreken wij van het Kennelsyndroom. Dit zich uit in bijvoorbeeld totale verstarring bij het in aanraking komen met onbekende situaties.
Het kan voorkomen dat uw pup in een nieuwe situatie schrikt. Het is heel belangrijk dat u op dat moment de hond niet oppakt of troost want u bevestigt hierbij zijn angst. Laat de hond merken dat het een normale situatie is. Doorlopen dus, als de pup met u meekomt kunt u een beloning geven bijvoorbeeld in de vorm van een bemoedigend woordje.
Een negatieve ervaring kan toch positief zijn mits het niet shockerend is!
Rangorde fase:
In deze fase leert uw hond door middel van spelletjes zijn plaats in de roedel (uw gezin) kennen. De plaats van uw hond in uw gezin moet altijd de laagste plaats van de roedel zijn! Tijdens het spelen is het goed voor het zelfvertrouwen van uw pup om af en toe een spelletje te winnen. Hierbij is het belangrijk dat u altijd het laatste spelletje wint. Hij ziet u dan als zijn meerdere. In een roedel mag een pup tot de leeftijd van 12 weken ongestoord bij iedereen mee eten, tijdens de rangorde fase is dit afgelopen en moet hij netjes op zijn beurt wachten. Sommige honden vertonen baknijd dit kunt u voorkomen door in de rangorde fase af en toe de bak van uw pup weg te halen en er dan iets lekkers bij te doen. Een hond zal gedurende zijn hele leven proberen in rangorde te stijgen.
*****
SOCIALISTATIEFASE
Leeftijd 3 tot 5 weken
Wat gebeurt er met de pups:
- mogelijkheden voor communicatie is aanwezig
- onderzoeksgedrag neemt snel toe
- de angst is nog niet of nauwelijks ontwikkeld
- de pups gaan onderling spelen, waardoor de leerproces van het roedelgedrag ontstaat
- de pup krijgt door het spelen met zijn broers en zusters: fysieke kracht, verbetering van de communicatie onderling, experimenteren hoe hard ze bijvoorbeeld kunnen spelen, mentale flexibiliteit, problemen oplossen, actief bezig zijn etc.
- het contact met de moederhond veranderd. De zorgafhankelijke relatie die de pups met hun moeder hadden wijzigd. De moederhond zal de pups nu af en toe alleen laten, ze zal ze ook gaan corrigeren als ze iets niet wilt, de moederhond zal soms gaan grommen, wegsnauwen, dreigen etc.
- Er zijn juist nu maximale kansen voor positieve ervaringen die de pup tijdens de rest van zijn leven kan gebruiken.
wat kunnen wij als fokker doen voor een zo goed mogelijke socialisatie
- laat de pup met zoveel mogelijk verschillende mensen kennis maken
- laat de pup minimaal 2 x 5 minuten fysiek contact te hebben met verschillende mensen.
- de puppen moet steeds meer kennismaken met de geluiden van het huishouden.
- laat de pups ook eens in een andere omgeving rondlopen (in huis).
- als de moederhond de pups corrigeert, haal dan niet de moederhond weg.
- hou wel de moederhond in de gaten dat het niet te extreem wordt.
- begin ook al met de puppen te spenen. Begin met wat puppen melk en ga dan heel langzaam ook wat geweekte puppenvoer geven. Geef niet gelijk heel veel maar bouw het rustig op.
- laat de puppen onderling lekker spelen.
- hou als fokker eens een lijstje bij wat voor gedrag de pups vertonen. Zodat er later gekeken kan worden welke pup nu steeds won of juist zielig in een hoekje ging zitten.
- zorg ervoor dat de puppen nu op het einde van de 5 weken ook eens een andere hond heeft gezien, dan alleen maar zijn soortgenoten.
- de fokker kan al beginnen met de zindelijkheidstraining.
zorg ervoor dat de puppen genoeg ruimte hebben om ongestoord te kunnen spelen zonder dat ze in hun behoefte rollen. - zorg voor verschillende ondergrond in het nest, bijvoorbeeld een vetbet voor het slaap en spel gedeelte en kranten voor de behoefte.
- als de pups in huis rondlopen leg dan ook duidelijk wat kranten neer.
- Gun ook de puppen hun rust. Te weinig socialiseren is niet goed maar te veel is ook niet goed.
Leeftijd 5 tot 8 weken:
wat gebeurt er met de pups
- het onderzoeksgedrag is nog steeds aanwezig, maar de angst is al wel aanwezig.
- de pups gaan steeds verder het nest verlaten.
- de moederhond laat de puppen steeds meer aan zichzelf over.
- het spelen wordt steeds fanatieker.
- het plaatsen van een pup op de leeftijd minder dan 7 weken is onverantwoord. De beste periode is na 7 weken.
- hou er rekening mee dat de angst periode er langzamerhand begint te komen. De angst neemt steeds iets toe.
wat kunnen wij als fokker doen voor een zo goed mogelijke socialisatie
- laat de pup met zoveel mogelijk verschillende mensen kennis maken
- laat de pup minimaal 2 x 5 minuten fysiek contact te hebben met verschillende mensen.
- de puppen moet steeds meer kennismaken met de geluiden van het huishouden.
- neem de pup eens op de arm mee naar buiten.
- laat de pups ook eens in een andere omgeving rondlopen (buiten).
- laat de puppen alvast wennen aan een halsbandje.
- ga verder met de zindelijkheidstraining, als de pup iets buiten doet beloon dat met iets lekkers .
- ga met de pup eens in een andere omgeving wandelen, denk hierbij aan bos, hei etc. Kijk wel uit voor uitlaat plaatsen. Juist dat moet je vermijden.
- adviseer de mensen zo snel mogelijk op een goede babycursus te gaan.
- als de nieuwe eigenaren de puppen komen halen zorg ervoor dat alles al klaar staat. Laat ze 's ochtends komen zodat de pup de tijd heeft om aan zijn nieuwe omgeving te wennen, voordat het nacht wordt.
- laat de nieuwe eigenaren ook langskomen, zij kunnen ook helpen om met de pup naar buiten te gaan. De eigenaren kunnen aan de pup wennen en de pup aan hun en gelijk wat socialisatie erbij.
- Gun ook de puppen hun rust. Te weinig socialiseren is niet goed maar te veel is ook niet goed.
*****
FASES BIJ DE EIGENAAR
- socialisatiefase
- angstfase
- pubertijd
Socialisatiefase
Leeftijd van 8 weken tot de pubertijd
wat kunnen wij als eigenaar doen voor een zo goed mogelijke socialisatie
- Ga 's ochtends de pup ophalen. De pup heeft dan de tijd om aan zijn nieuwe omgeving te wennen, voordat het nacht wordt.
- laat de pup eerst een aantal dagen wennen voordat iedereen langs komt om de pup te bewonderen. Doe dit gedoseerd
- laat de pup met zoveel mogelijk verschillende mensen kennis maken
- laat de pup minimaal 2 x 5 minuten fysiek contact te hebben met verschillende mensen.
- de puppen moet steeds meer kennismaken met de geluiden van het huishouden.
- neem de pup eens op de arm mee naar buiten.
- laat de pups ook eens in een andere omgeving rondlopen (buiten).
- laat de puppen verder wennen aan een halsbandje en tuigje.
- ga verder met de zindelijkheidstraining, als de pup iets buiten doet beloon dat met iets lekkers .
- ga met de pup eens in een andere omgeving wandelen, denk hierbij aan bos, hei etc. Kijk wel uit voor uitlaat plaatsen. Juist dat moet je vermijden.
- ga naar een goede babycursus (kan al vanaf 7-8 weken).
- Gun ook de puppen hun rust. Te weinig socialiseren is niet goed maar te veel is ook niet goed.
Angstfase
De angstfase loopt van 12 weken tot 6 maanden, het eigenlijke begin van de puberteit. In de periode neemt de angst toe, zodat traumatische ervaringen van de pup heel gemakkelijk kunnen worden omgezet naar extreme angst. Bijvoorbeeld als de pup in de angstfase door een fietser wordt aangereden kan de pup voor de rest van zijn leven ontzettend bang zijn voor een fiets. Gelukkig kunnen we traumatische ervaringen vaak nog goed maken door de pup daarna alleen maar positieve ervaringen te laten opdoen. Doen we helaas niks aan de traumatische ervaring dan zal de pup altijd bang blijven voor het item.
Als de pup niet goed gesocialiseerd is, is dat heel goed te merken in de angstfase. De pup zal niet makkelijk nieuwe elementen in zijn omgeving gaan ontdekken. Terwijl een pup die goed is gesocialiseerd wel deze nieuwe elementen willen ontdekken.
De pups gaan tijdens deze periode ook hun plek zoeken in de roedel. Het is nu daarom heel belangrijk ervoor te zorgen dat het duidelijk is welke plek de hond gaat innemen in de roedel. Hiervoor is een goede puppenklas weer een uitstekende leerschool voor de pup.
De pup begin ook met het wisselen van de tanden en kiezen. Let er op dat tijdens het wisselen de hond zijn bek zeer gevoelig is en het komt ook voor dat de pup niet helemaal lekker is. De pup kan er soms wat ziek van worden. Let er ook op dat de pup genoeg materiaal heeft waar hij op kan kauwen. Als de pup eenmaal aan het wisselen is zal de pup graag overal op knagen. Het is natuurlijk beter om op een kluif te knagen dan aan een stoelpoot.
Tijdens de angstfase moet er nog steeds worden doorgegaan met het socialiseren van de pup. Het is van belang om de pup te laten kennismaken met allerlei andere mensen, honden, dieren, openbaar vervoer, winkelcentra's (niet te druk), dierentuinen etc. Ook al is de pup goed gesocialiseerd in de angstfase komen alle pups. Het is alleen dat een goed gesocialiseerde pup beter zal herstellen op traumatische ervaringen.
Het is voor de pup natuurlijk ontzettend belangrijk om geen traumatische ervaringen op te doen. Probeer daarom ook traumatische ervaringen te voorkomen. Uiteraard is het niet mogelijk overal je pup voor te beschermen want dat is ook niet goed. Maar als je weet dat de buurhond niet goed om gaat met pups laat je jouw pup niet met de buurhond spelen. Een pup mag door een volwassenhond best gecorrigeerd worden maar dan wel op de juiste wijze en als het terecht is.
Je gaat nooit op het drukste van de dag op de markt lopen met jouw jonge pup, of de pup moet continue op de arm mee gedragen worden. Als de pup namelijk zelf over een drukke markt loopt ziet hij of zij alleen maar benen, schoenen, tassen die vlak langs hem heen vliegen of hem of haar zelfs raken.
Hou er rekening mee dat de pup ook langzamerhand steeds drukker gaat worden. Hoe meer je van huis wegbent hoe drukker de pup zal zijn als je weer terugbent.
Verder heb ik als advies denk gewoon na voordat je wat onderneemt. Ga niet de hele dag met de pup op sjouw. Een jonge hond moet nog steeds heel veel slapen. Hij of zij heeft de rust heel hard nodig.
Te veel doen is namelijk net zo slecht als te weinig doen.
Pubertijd
De pubertijd begint voor elke pup op een andere leeftijd.
Pubertijd wordt herkent aan het gedrag van de pup. Alles wat hij of zij ooit geleerd heeft is hij of zij vergeten.
De pup kan ook plotseling overal bang voor worden. Het gedrag zal door de pubertijd veranderen.
Begint plotseling weer aan alles te knagen, kan niet meer alleen zijn etc.
Tijdens deze periode is het belangrijk om alle dingen die aangeleerd zijn weer te herhalen. Er moet weer van voren aan begonnen worden. Alleen wat toen wat moeite koste om het aan te leren zal nu vlugger gaan.
Altijd moet er consequent opgetreden worden richting de Cane Corso, maar tijdens de pubertijd geldt dit helemaal.
Leer de pup geen nieuwe dingen aan want dat vraagt heel veel geduld als eigenaar. Geduld die beter gebruikt kan worden om de pup door zijn pubertijd heen te helpen.
Als regel geldt dat de pubertijd voor een teef begint als deze loops gaat worden. Bij een reu is het wat moeilijker te bepalen. De een zegt als de reu zijn poot op gaat tillen en een andere zegt weer wat anders.
Advies kijk naar jouw pup dan weet je wanneer de pubertijd begint.
*****
LICHAAMSTAAL VAN DE HOND
Honden hebben nog vrijwel dezelfde lichaamstaal als wolven. De lichaamstaal bij wolven is makkelijk te "lezen", d.w.z. uit zijn lichaamshouding en mimiek kunnen we goed opmaken wat de wolf bedoelt. Zij hebben van nature staande oren, die alle kanten opdraaien en een lange staart. Verder hebben zij grote sprekende ogen en veel mimiek. Ze hebben een dikke maar korte vacht waardoor we gedragingen zoals b.v. het optrekken van de lippen goed kunnen zien. Door het fokken van speciale rassen heeft de mens veel slechter "leesbare" honden gecreëerd. Denk hierbij b.v. aan het couperen van de oren en staart. Verder zijn er rassen met zeer lange haren die veel mimiek verdoezelen, aangezien de hond met zijn hele lijf communiceert. Wat is nu gedrag? Onder gedrag verstaan we de handelingen die de hond verricht o.i.v. prikkels die zowel van binnenuit als van buitenaf kunnen komen. De hond kent zeer veel gedragingen, enkele daarvan zijn: dominant gedrag, onderdanig gedrag, angst gedrag, en agressie.
Het lichaam
Rechte poten, lichaam rechtop, of langzame beweging voorwaarts met stijve poten.
Ik ben hier de baas. Daag je me soms uit? Een actief agressief gebaar van een dominante hond die zijn leiderschap wil bevestigen.
Lichaam enigszins naar voor gebogen en de voeten staan schrap.
Ik accepteer jouw uitdaging en ben klaar om te vechten! Een reactie op een bedreiging, of de reactie op de weigering van een andere hond om ruimte te maken; agressie zal volgen.
Opgezette haren op de schouders en de rug.
Je bent te ver gegaan! Je mag kiezen: onmiddellijk ophouden, vechten of wegwezen! Elk moment kan er een aanval plaatsvinden.
Opgezette haren, alleen op de schouders.
Je maakt me zenuwachtig. Dwing me niet tot vechten. Ik vind dit niet prettig. De hond denkt dat hij gedwongen wordt om te vechten.
Hond maakt zich kleiner of kruipt in elkaar terwijl hij opkijkt.
Laten we geen ruzie maken. Ik accepteer dat jij een hogere positie hebt dan ik. Een actief onderworpen gebaar om de andere gerust te stellen.
Duwen met de snuit.
Jij bent mijn leider. Negeer mij alsjeblieft niet. Ik wil graag ... Ongeveer hetzelfde als likken, maar niet zo onderworpen. Kan ook gebruikt worden om iets te vragen.
Hond gaat zitten terwijl hij door een andere wordt benaderd; laat zich besnuffelen.
Wij zijn bijna gelijken, dus laten we verstandig zijn en niet vechten. Een klein vredelievend gebaar.
Hij rolt zich op zijn zij, stelt keel en buik bloot en verbreekt het oogcontact volledig.
Ik accepteer jouw autoriteit en vorm geen bedreiging. Passieve onderworpenheid; het hondse gebaar voor knielen.
Botsen met de schouder.
Ik sta hoger in rang en jij gaat voor mij aan de kant wanneer ik eraan kom. Een tamelijk agressieve bevestiging van relatieve sociale dominantie.
De hond houdt één voorpoot enigszins omhoog.
Ik ben een beetje bang en maak mij zorgen. Teken van onzekerheid en gematigde spanning.
Hij rolt zich op de grond en wrijft met zijn rug en schouders over de grond (soms ook met de neus)
Ik ben tevreden en alles is ok.. Een ritueel dat vaak plaatsvindt wanneer er iets plezierigs is gebeurd.
Zakt door zijn voorpoten op de grond, achterlichaam en staart omhoog.
Laten we spelen. Sorry, ik wou je niet laten schrikken! Dit is gewoon voor de lol Normale uitnodiging om te spelen.
Oogsignalen
Rechtstreeks in de ogen kijken.
Ik daag jou uit! Hou daar onmiddellijk mee op! Ik ben hier de baas, dus wegwezen jij Een actief dominant-agressief signaal, doorgaans van een zelfverzekerde hond die een conflict met een andere hond heeft.
Ogen afgewend om rechtstreeks oogcontact te vermijden.
Ik zoek geen moeilijkheden! Ik accepteer het feit dat jij hier de baas bent! Een gebaar van onderworpenheid, met een ondertoon van angst.
Knipperen.
Goed, laten we eens zien of we de confrontatie kunnen vermijden. Van mij heb je niets te vrezen. Het knipperen voegt een vredelievend gebaar toe aan het dreigende staren en verlaagt het niveau van confrontatie zonder al te veel gezichtsverlies.
Oorsignalen
Opstaande oren of enigszins naar voren gericht
Wat is dat? Teken van alertheid
Oren duidelijk naar voren gericht met ontblote tanden en gerimpelde neus
Kijk goed uit wat je doet! Ik ben klaar om te vechten De actieve, agressieve uitdaging van een dominante en zelfverzekerde hond
Oren plat naar achter met ontblote tanden en gerimpelde neus
Ik ben bang, maar ik zal mezelf verdedigen als jij mij probeert pijn te doen Een angstig-agressief gebaar van een niet-dominante hond die zich bedreigd voelt
Oren plat naar achter maar de tanden zijn niet zichtbaar, glad voorhoofd, lage lichaamshouding
Ik accepteer jou als mijn sterke leider. Ik weet dat jij me geen pijn doet, want ik vorm geen bedreiging voor jou Een gebaar van onderworpenheid en vredelievendheid
Oren naar achter met de staart omhoog, knipperende ogen en ontspannen open mond
Hallo! Volgens mij gaan we samen pret maken Een vriendelijk gebaar, vaak gevolgd door wederzijds besnuffelen of uitnodiging om te spelen
Oren een beetje naar achter en naar opzij
Ik maak me zorgen om wat mij te wachten staat. Ik vind dit niet leuk. Ik kan gaan vechten of er vandoor gaan Een teken van spanning of opwinding; kan snel leiden tot agressie of angst, afhankelijk van de ontwikkeling van de situatie.
Oren snel naar achter en naar voor bewegen
Ik neem de situatie even in ogenschouw, dus maak je niet druk om mij Een onderworpen vredelievend gebaar van een hond die afwachtend is en niet zeker van zichzelf
Staartsignalen
Staart horizontaal, van de hond af wijzend, maar niet stijf.
Daar zou wel eens iets interessants kunnen gebeuren. Teken van ontspannen alertheid.
Staart wijst recht naar achter.
Laten we eens zien wie hier de baas is. Voorzichtig begroetingsritueel en gematigde uitdaging van een onbekende.
Staart omhoog en over de rug krullend.
Ik ben hier de baas en iedereen weet dat. Zelfverzekerd signaal van een dominante hond.
Staart lager dan horizontaal, maar tamelijk ver van de achterpoten verwijderd, soms ontspannen kwispelend.
Alles is in orde. Ik voel me lekker. Normaal beeld van een hond die zich nergens druk over maakt.
Staart laag, vlak bij de achterbenen, achterpoten recht, lichaam rechtop.
Ik voel me niet lekker. Ik ben een beetje depressief. Teken van fysieke of psychische malaise of ongemak.
Staart laag, vlak bij de achterpoten, lage lichaamshouding door gebogen achterpoten.
Ik voel me een beetje onzeker. Teken van sociale angst en gematigde onderworpenheid.
Staart tussen de poten.
Ik ben bang. Doe me geen pijn. Onderworpen gebaar en een teken van angst en onderdanigheid.
Opgezette haren op de staart.
Ik daag jou uit!. Dit staartsignaal voegt een element van dreiging toe aan andere staartsignalen.
Opgezette haren op het puntje van de staart.
Ik sta een beetje onder druk. Dit staartsignaal voegt een element van angst toe aan andere staartsignalen.
Een knik of scherpe buiging in de staart.
Als het moet laat ik jou wel eventjes zien wie hier de baas is. Dit staartsignaal voegt een element van onmiddellijke dreiging en dominantie toe aan andere staartsignalen.
Zwak kwispelen.
Jij vindt mij toch lief? Ik ben hier hoor! Een enigszins aarzelend onderworpen gebaar.
Breeduit kwispelen, zonder het lichaam te verlagen of de heupen heen en weer bewegen.
Ik vind jou aardig. Laten we vriendjes zijn. Een vriendelijk gebaar, zonder sociale dominantie, wordt vaak gezien tijdens het spelen.
Breeduit kwispelen, waardoor de heupen heen en weer worden bewogen.
Jij bent mijn roedelleider en ik volg jou overal. Een teken van respect. De hond voelt zich niet bedreigd, maar accepteert zijn lagere positie.
Langzaam kwispelen met tamelijk laag gedragen staart.
Ik begrijp het niet helemaal. Een signaal van besluiteloosheid of verwarring omtrent hetgeen er van de hond verwacht wordt.
Gelaatsuitdrukkingen
Mond ontspannen en enigszins open, de tong kan zichtbaar zijn en over de ondertanden hangen.
Ik ben tevreden en ontspannen. Deze uitdrukking benadert de menselijk glimlach het meest.
Mond gesloten, de tong of tanden zijn niet zichtbaar, de hond kijkt in een bepaalde richting en is enigszins naar voor gebogen.
Dit is interessant. Ik vraag mij af wat daar aan de hand is. Een teken van aandacht of interesse.
De bovenlip is opgetrokken om enkele tanden te ontbloten waarbij de mond nog steeds tamelijk gesloten is.
Ga weg! Je ergert mij! Eerste teken van ergernis of bedreiging; kan gepaard gaan met een laag grommen.
De bovenlip is opgetrokken om de tanden goed te laten zien; wat rimpels op de neus en de mond is gedeeltelijk open.
Wanneer je mij ertoe dwingt of iets doet wat ik als bedreigend ervaar zal ik gaan vechten Actieve agressieve reactie, mogelijk het gevolg van angst of een bevestiging van sociale dominantie.
De bovenlip is opgetrokken en niet alleen de tanden maar ook het tandvlees is ontbloot met zichtbare rimpels op de neus.
Wegwezen jij, anders is het niet te best. Hoog niveau van actieve agressie. Wanneer de andere hem geen ruimte geeft, zal deze hond gaan aanvallen.
Geeuwen
Ik ben een beetje gespannen. Teken van spanning of opwinding. Kan ook gebruikt worden als afleidingssignaal om een dreiging af te wenden.
Likken van het gezicht van een persoon of een andere hond.
Ik ben jouw vriend en erken jouw leiderschap. Ik heb honger. Heb jij een lekker hapje voor me? Een vredelievend gebaar van een onderworpen hond. Tevens een verzoek om voedsel.
Likken van de eigen lippen (of in het luchtledige)
Ik buig voor jouw autoriteit en hoop dat je mij geen pijn zult doen. Een buitengewoon vredelievend gebaar.
Wat bedoelt een blaffende hond?
Blaffen in snelle reeksen van drie of vier, met pauzes ertussen op een normale toonhoogte
Allemaal verzamelen. Ik vermoed dat er iets aan de hand is. Waarschuwing, eerder belangstellend dan alarmerend.
Snel blaffen, normale toonhoogte.
Roep de roedel! Iemand betreedt ons territorium. We moeten wellicht in actie komen. Normaal alarmerend blaffen. De hond is alert, maar niet bang. Wordt veroorzaakt door het naderen van een onbekende of een onverwachte gebeurtenis, langer aanhoudend dan het onderbroken blaffen van hierboven beschreven.
Voor
tdurend blaffen, maar een beetje langzamer en op een lagere toonhoogte. De indringer (het gevaar) is zeer dichtbij. Volgens mij is dit de vijand. Maak je klaar om jezelf te verdedigen! De hond begint onrustig te worden en voelt zich duidelijk bedreigd.
Een verlengde reeks blaffen, met gematigde tot lange intervallen.
Is daar iemand? Ik ben eenzaam en heb behoefte aan gezelschap. Doorgaans veroorzaakt door sociale isolatie of opsluiting.
Een of twee scherpe, korte blaffen, op normale toon of hogere toon.
Hallo! Ik zie je. Typisch begroetings- of herkenningssignaal, veroorzaakt door de aankomst of aanblik van een bekend persoon.
Enkele scherpe korte blaf op lage tot halfhoge toonhoogte.
Ophouden! Ga weg! Geërgerd blaffen, bv wanneer hij in zijn slaap gestoord wordt.
Enkel, gematigd luide scherpe, korte blaf op een hogere toon.
Wat is dit? Hé?. Signaal van verrassing of schrik.
Enkele weloverwogen blaf, en niet zo scherp of kort als de vorige.
Kom hier ... Aangeleerde vorm van communicatie, om een menselijk reactie te bewerk- stelligen, zoals het openen van een deur, honger hebben, enz...
Stotterblaf en toonhoogte opgaand blaffen.
Laten we gaan spelen! Doorgaans gepaard gaand met voorbenen plat op de grond en achterlijf omhoog, als een uitnodiging om te gaan spelen.
In toonhoogte opgaand blaffen.
Dat is leuk! Vooruit, we gaan! Opgewondenheid tijdens het spelen of bij het vooruitzicht op een leuk spel.
Zacht grommen, lage toon (lijkt uit de borstkas te komen)
Ga weg! Kijk uit, jij! Van een dominante hond die geërgerd is of eist dat anderen uit zijn buurt blijven.
Gromblaf op een lage toon zoals Grrr-waf.
Ik ben kwaad en als je er mij toe dwingt, val ik aan! Verzamelen, we moeten ons verdedigen. Een enigszins minder dominant signaal van ergernis, met de suggestie dat de hulp van de roedelgenoten op prijs zou gesteld worden.
Gromblaf op een halfhoge toon en hogere toon.
Je maakt me bang, maar als het moet zal ik me zeker verdedigen. Een dreiging van een onzekere hond die agressie zal gebruiken wanneer hij zich daartoe gedwongen ziet.
In toonhoogte rijzend en dalend grommen.
Ik ben doodsbenauwd! Als je in mijn buurt komt, kan ik gaan vechten of er vandoor gaan. Het angstig-agressieve geluid van een zeer onzekere hond.
Huilen (vaak sonoor en langgerekt)
Ik ben hier! Dit is mijn territorium. Ik hoor je huilen! Honden gebruiken dit om hun aan- wezigheid aan te kondigen, om op afstand te kunnen socialiseren en om hun territorium af te bakenen. Hoewel dit geluid in het menselijk gehoor vrij triest klinkt, is de hond tamelijk tevreden.
Blafhuil.
Ik ben alleen en maak mij zorgen. Waarom komt er niemand om mij gezelschap te houden? Het droevige geluid van een hond die eenzaam is en vreest dat niemand op zijn noodkreet zal reageren. Janken dat stijgt in toonhoogte aan het einde van het geluid. Ik wil iets. Ik heb iets nodig. Een verzoek of smeekbede om iets.
Janken dat daalt in toonhoogte aan het eind van het geluid.
Vooruit, laat me niet langer wachten. Opwinding vanwege het vooruitzicht op iets.
Jammerjodel (klinks als jowel-jowel-jowel) of huilgeeuw (klinkt als hhoeoeoeoe-ahhoe-oeoe)
Ik ben opgewonden! Dit is fantastisch! Signalen van plezier, vanwege het vooruitzicht op iets leuks.
Een zacht jankende hond.
Ik heb pijn. Ik ben echt heel bang. Een geluid van angst en passieve onderworpenheid.
Enkele kef.
Au! Reactie op een plotselinge pijn.
Een gillende hond.
Help! Ik denk dat ik doodga. Een teken van pijn en paniek van een hond die vreest voor zijn leven.
Een hijgende hond.
Ik ben zover! Wanneer beginnen we? Dit is ongelooflijk! Dit is spannend. Is er iets mis? Geluid veroorzaakt door spanning, opwinding of het vooruitzicht op iets opwindend. dit kan gepaard gaan met natte pootafdrukken.
Een zuchtende hond.
Ik ben gelukkig en ga hier even lekker liggen. Ik geef het op en ben een beetje depressief. Teken van emotie, ter beëindiging van een actie. Wanneer die actie lonend is geweest, is het een teken van tevredenheid. Zo niet, is het een teken van berusting.
*****
FIETSEN MET JE HOND:
(Bron : lp mei/juni 2004)
Honden kunnen bij een verblijf in een stilstaande auto (ook al wordt deze redelijk geventileerd) binnen 5 minuten sterven aan oververhitting. Nog jaarlijks gaan er tientallen honden op deze afschuwelijke manier dood. .
Doe het uw hond en u zelf niet aan !!!
Mensen die het is overkomen zijn veelal verrast door het tempo waarin onherstelbare schade optrad.
Laat ook uw hond niet meelopen met de fiets of met het hardlopen op het heetst van de dag en al helemaal niet op kokend heet asfalt.
Toch is fietsen voor uw hond en natuurlijk ook voor uzelf heel gezond.
Fiets nooit met een hond die een leeftijd heeft onder 8 mnd en bouw het fietsen goed op om zo blessures te voorkomen.
Fietstrainingsschema Jonge Hond
(vanaf 8 mnd)
*****
*****
HOND KENNIS LATEN MAKEN MET EEN BABY:
Met de blijdschap van een zwangerschap komt er soms ook kleine ongerustheid om de hoek kijken. Hoe zal de hond reageren? Bedenk vooraf hoe de hond het best bij de nieuwe situatie betrokken kan worden. Goed voorgelicht zijn is belangrijk en kan veel ellende voorkomen. Er zijn diverse boeken over dit onderwerp geschreven en ook de plaatselijke kynologenclub zal eigenaren graag extra informatie verstrekken. Ook bij de dierenartsenpraktijk kunt u terecht met vragen over dit onderwerp.
Rangorde
Als hondeneigenaar weet u meestal wel het één en ander over roedelgedrag en rangorde. Toch zijn er vaak nog wel wat praktische vragen over hoe zoiets nu moet worden gepakt. Belangrijk is om altijd in het achterhoofd te houden dat de baby hoger geplaatst is dan de hond en men moet zich daar dus ook naar gedragen. De viervoeter moet leren dat hij steeds de laagste op de sociale ladder is.
Aandacht
Om te voorkomen dat de hond het kindje associeert met allerlei verboden, kan er tijdens de zwangerschap al een aantal zaken geregeld worden. Aankomende ouders kunnen oefenen dat er af en toe even geen aandacht voor hem is. Dus niet constant de hond op schoot of tegen hem praten, maar hem gerust eens een tijdje negeren. Als de hond dat helemaal niet gewend is, kan de eigenaar beginnen met eerst een paar minuten en de perioden zonder aandacht langzaam opbouwen.
Leer bijvoorbeeld de hond om niet op de (toekomstige) babykamer te komen of zelfs niet meer op de bovenverdieping. Dit kan eenvoudig met een traphekje beneden aan de trap. Door het hekje al voor de komst van de baby te plaatsen zal het niet geassocieerd worden met het kindje. Mag de hond op de bank? Leer dat dan ook voortijdig af. Sommige baasjes vinden dat echter vervelend omdat het dier al jaren gezellig op de bank ligt. Eventueel kan er dan een pop als ‘proefbaby’ dienen en zodra je met de pop op schoot zit, mag de hond niet op de bank. Is de pop weg (= baby in de box), mag de hond wel op de bank. Het duurt even voordat ‘het kwartje valt’ en u moet dus echt heel consequent zijn. Indien mogelijk is het verstandig de hond ruim voor de bevalling te laten snuffelen aan allerlei nieuwe speeltjes, kleertjes en meubeltjes. Zo kan men hem er toch al een beetje bij betrekken en is niet alles in één keer nieuw.
Babytijd
En dan is de baby er! Laat de hond gerust snuffelen aan de voetjes en de handjes (pas wel op voor de grijpreflex van de baby), want ook hij is nieuwsgierig naar het nieuwe gezinslid. Probeer de hond constant aandacht te geven als de baby er is, om zo een positieve associatie voor het dier te creëren ”het kindje is erbij dus voor mij is het nu ook leuk”. Denk bijvoorbeeld aan een brokje als de fles of de borst gegeven wordt. Betrek hem ook zo veel mogelijk bij de dagelijkse verzorging, bijvoorbeeld als de baby in bad gaat, gezellig tegen hem praten. Of met de baby op schoot met de bal spelen.
Een baby is geen pup
Een hond zal niet van nature lief zijn voor een baby, want een baby is anders dan een pup. Pups gaan op hun rug liggen om zich te onderwerpen, maar baby’s liggen altijd op hun rug. Een onderdanige pup houdt zich doodstil, maar baby’s spartelen en maken geluid. Dit kan de hond verwarren. Houdt er daarom rekening mee dat men de baby altijd letterlijk hoger plaatst dan de hond. Dus met het voorbeeld van de bank: hond op de bank, baby op schoot. Baby in maxi-cosi of iets dergelijks óp een stoel of óp een tafel en de hond op de grond. Leg een baby nooit in de mand van de hond. Als de deurbel of telefoon gaat en u wilt even de handen vrij hebben, leg de zuigeling dan even in de box. Voor kind en hond wel zo veilig.
Kraamvisite
Als bezoek gewend is om zich met de hond te bemoeien kan men dat ook zeker blijven doen, maar niet té geforceerd waardoor het dier het idee kan krijgen dat híj belangrijker is dan de baby. De beste volgorde van binnenkomst is, eerst de eigenaar begroeten, dan het kindje en vervolgens als laatste de hond.
Zeker in de prille kraamtijd schiet het uitlaten van de hond er nog wel eens bij in. Misschien kan vertrouwd bezoek de hond even lekker buiten laten dollen. Als hij zijn energie kwijt is, is hij ook in huis rustiger en vraagt minder aandacht. Zodra u er met de kinderwagen op uit gaat, wordt het voor de hond weer interessant! Hij kan lekker mee en associeert de baby met iets plezierigs.
Autoritjes
Als de hond gewend is om zich vrij door de hele auto te bewegen, denk dan eens aan een hondenrek of hondennet. Want een kindje in een autostoeltje en de hond er los naast is niet aan te raden. Ook al blijkt hij nog zo lief: stel hij ziet een soortgenoot of een kat op straat en springt boven op het kindje, met alle gevolgen van dien. Ook het kindje kan al onderzoekend in ogen prikken of aan haren trekken, en geef de hond eens ongelijk als hij daarop reageert.
Vroeger?
Vroeger waren er verhalen dat de hond een poepluier moest opeten om het kindje te accepteren. Volgens de huidige kynologische inzichten is dit absoluut niet nodig. Nogmaals, verplaats je in het gedrag van de hond en met gezond verstand kom je vervolgens een heel eind. De enige regel die men in acht moet nemen is: hond en kind ABSOLUUT NOOIT alleen met elkaar laten!
Vervolgens zullen ze samen opgroeien en een band voor het leven opbouwen. Ze zullen de beste maatjes worden, elkaar begrijpen, spelen en troosten op moeilijke momenten van hun leven. Kortom hond en kind is een ideale combinatie als ze op de juiste manier met elkaar hebben kennisgemaakt.
In het kort:
*al tijdens de zwangerschap de hond voorbereiden op de komst van een nieuwkomer (babyspullen, kamertje)
*bepaalde gewoontes af- of juist aanleren (niet op de bank, alleen blijven)
*als de baby wakker is, moet het voor de hond ook leuk zijn.
*plaats baby altijd letterlijk hoger dan de hond
*toch ook eens tijd vrij maken om lekker alleen met de hond uit te gaan
*constant alert zijn en laat kind en hond nooit alleen!
*****
TIEN GOUDEN REGELS VOOR KINDEREN:
- Gedraag je rustig in de buurt van een hond. Ga niet rennen of schreeuwen.
- Laat een hond naar jou toe komen. Ren niet achter honden en pak ze niet vast. Ook niet aan de halsband.
- Laat honden die aan een lijn vast zitten, achter een raam zitten, in een bench zitten of in de auto zitten met rust.
- Buig of stap niet over een hond heen.
- Raak een hond nooit van achteren aan. Hij kan schrikken en bijten.
- Kijk een hond nooit lang in de ogen. Hij kan dit als een bedreiging zien en bijten.
- Plaag honden niet. Ze kunnen dan bijten.
- Je eigen hond is misschien een fijne vriend die heel veel goed vindt. Andere honden vinden niet alles goed. Let daar op!
- Speel alleen met een hond als de volwassen baas erbij is.
- Kijk goed naar de hond als je met hem speelt. Stop met spelen wanneer de hond wegloopt of te druk gaat doen.
"Mag-ik-die-hond-aaien" regel voor kinderen!
- Vraag eerst je ouders of het mag.
- Vraag dan de baas van de hond of het mag.
- Vraag het dan aan de hond:
steek je hand uit, zodat de hond kan snuffelen. Als de hond geaaid wilt worden komt hij naar je toe. Aai hem rustig onder zijn kin of op zijn borst. Aaien over de kop en de rug is een dominante handeling, waar een hond boos van kan worden.
"Help-daar-komt-een-enge-hond-aan" regel voor kinderen!
- Blijf stil staan.
Loop niet weg.
- Hou je handen naar beneden of doe ze over elkaar.
Steek je handen niet in de lucht, een hond kan dan gaan springen naar je handen.
- Kijk naar de lucht en niet naar de hond.
Zo lijk je op een paal en honden vinden palen niet interessant. Als je gaat rennen en schreeuwen, kan een hond achter je aanrennen en in je handen happen.
*****
LEER JE HOND BLAFFEN OP COMMANDO OM HET OVERLAST VAN BLAFFEN AF TE LEREN:
Een hond die ongecontroleerd blaft, kan leren op commando te blaffen, en vervolgens ook op commando stil te zijn. Om een hond te leren stil zijn op een commando zul je hem dus eerst moeten leren blaffen op commando.
Hoe te doen
Je leert het je hond in huis met een speeltje wat hij graag wil hebben.
En gaat dan met de rug toegekeerd naar de hond toestaan.
Als een hond iets graag wil hebben zou hij gelijk (of na een tijdje) reageren met een geluidje of een blaf.
Dit verschild per hond natuurlijk.
Als hij niet of matig reageert moet je iets anders nemen wat hij wel graag wil toe je iets heb wat wel
in zijn aandacht komt.
Het kan ook zijn dat hij die dag er niet voor in de moed is dan moet je een ander moment pakken om dit te doen.
Op het moment dat de hond een geluidje maakt draai je je om en gooi je het speeltje naar de hond.
(dit is de beloning voor het geluid maken, hij krijgt het gene wat hij vroeg met dat geluidje.)
Als je dit een aantal keer herhaal, tot dat de hond het door heeft wat de bedoeling is.
Dus geluid maken betekend een speeltje krijgen.
Dit doe je dan steeds vaker maar maakt de tijd tussen het geluid en het geven wat langer, waardoor de hond
vaker gaat piepen of gaat blaffen om dit speeltje als nog te krijgen.
Hij gaat dus echt werken voor de beloning (speeltje) te krijgen.
Als je er zeker van bent dat de hond gaat reageren (blaffen) als je met het speeltje in de hand en de hond de rug toekeert.
Kan je hier een commando aan verbinden zoals: Blaf, Luid & Spreek enz.
Het mag een uitspraak zijn die jouw het lekkerste klinkt als het maar niet op een van de andere commando's lijkt
die je al gebruikt.
Je gaat het commando gebruiken voor dat je de hond je rug toekeert.
En zo leer men de hond blaffen op commando.
Het wordt dus een commando die je doet met het speeltje te pakken en je rug toe te keren, de hond gaat blaffen en je draait je om en de hond krijgt het speeltje.
Op een gegeven moment hoef je je niet meer om te draaien.
En heeft de hond het speeltje in zijn bek dan is hij stil.
Je laat dus de hond stoppen met blaffen door hem dat speeltje in zijn bek te gooien of geven.
Vlak voor hij het speeltje vangt of voor dat je hem in zijn bek doet zeg je het commando zwijg, stop of klaar enz.
maar let weer op dat het niet op een ander commando lijkt die je al gebruikt.
Doe dit ook in andere omgevingen zoals eerst in de tuin en later dan eens met uitlaten op het veld of in het bos
(in deze omgevingen zijn er natuurlijk meer afleidingen)
Het is belangrijk dat je het in de aanleer periode blijft belonen, zodat de hond het graag voor je blijft doen.
Als je weet dat je hond het goed doet kan je beginnen met het afbouwen van de beloning.
Bijvoorbeeld door het speeltje steeds minder vaak te geven.
Op een geven moment zijn de commando's voldoende dat het met Luid en met Zwijg al duidelijk is
*****
TIPS VUURWERK EN HONDEN:
- Als uw hond schrikt van knallen probeer hier dan niet op te reageren.
De hond ziet uw reactie als een bevestiging van de angst of als aandacht (beloning). - Als uw hond elk jaar bang is van knallen laat hem dan niet te lang uit, vermijd het contact met knallen zoveel mogelijk.
Probeer bang gedrag te negeren.
Op oudejaarsavond rond 22.00 uur aangelijnd uitlaten en daarna pas ver nadat het vuurwerk voorbij is.
Let ook op, dat op nieuwjaarsdag nog veel knalvuurwerk afgestoken wordt. - Via de hondenscholen is eventueel vuurwerktraining te volgen.
- Op de avond zelf kun je van geluidsdemping gebruik maken, bijv. gordijnen dicht en radio aan.
- Rond de feestdagen is het advies om uw hond aangelijnd uit te laten: veel dieren reageren met een vluchtgedrag indien zij knallen horen en dit kan tot ongelukken leiden.
- Bij extreem angstige dieren kun je overwegen het dier naar een plaats te brengen waar niet veel vuurwerk wordt afgestoken.
Hond wennen laten aan vuurwerk
- Ook kunt u een eigen training doen.
Af en toe een balon laten knappen.
Eerst met water, dit geeft dan een doffere knal.
Zo leert de hond dat knallen niets te betekenen heeft.
Vrolijk gedrag beloon je, angstig gedrag negeer je.
- Als uw hond heel bang is met vuurwerk, kunt u ook informatie opvragen bij de dierenarts.
Er zijn medicijnen, waarvan uw hond rustiger wordt.
Raadpleeg voor medicijnen bij uw dierenarts.
Hier onder kunt u alles vinden over gezondheidsonderzoeken, gezondheidstips of problemen die voor komen.
gezondheid:
ONTWORMING:
Er zijn verschillende ontwormingsmiddelen, maar niet alle middelen zijn even effectief.
Ontwormen bij honden
Bijna alle pups worden met een spoelworminfectie geboren, de besmetting vindt plaats in de baarmoeder en ook nog daarna, door het drinken van de met spoelwormlarven besmette moedermelk. Vanaf 2-3 weken leeftijd zijn er al volwassen wormen in de pup aanwezig!
Door een wormbehandeling op tijd te beginnen, dat wil zeggen vóór er ei uitscheiding begint, kan voorkómen worden dat de omgeving wordt besmet. Pups moeten vanaf 2 weken oud om de 2 weken worden ontwormd tot 8 weken.
Ontwormings advies:
- Pups op 2, 4, 6 en 8 weken
- en op 4, 6 en 12 maanden
- vervolgens 2 - 4 maal per jaar en indien u wormen ziet afkomen.
Spoelwormen zijn besmettelijk voor mensen, vandaar het advies om, als er jonge kinderen in huis zijn of als kinderen veel contact met uw hond hebben 4 maal per jaar te ontwormen!
*****
VACINATIETABEL:
Vaccinaties zijn beschikbaar voor een aantal verschillende ziektes, de belangrijkste worden door virussen veroorzaakt. Na de basisvaccinaties zijn regelmatige boosters noodzakelijk om honden en katten beschermd te houden.
Vaccinaties bij honden
Wij volgen het onderstaande vaccinatieschema voor honden:
- Leeftijd 6 weken: puppy enting (hondenziekte en parvo)
- Leeftijd 9 weken: parvo, parainfluenza en ziekte van Weil
- Leeftijd 12 weken: cocktail (hondenziekte, leverziekte, parainfluenza, corona, parvo, Ziekte van Weil)
eventueel met kennelhoest en rabies - Leeftijd 16 weken: nogmaals een cocktail in verband met het niet volledig aanslaan op 12 weken
- Leeftijd 1 jaar: cocktail
Daarna afhankelijk van de omstandigheden jaarlijks ziekte van Weil met parainfluenza en parvo en een cocktail om de 2 jaar. Indien de hond naar een pension gaat of mee naar het buitenland zijn er aanvullende vaccinaties voor kennelhoest en hondsdolheid (rabies) nodig.
Voor hondsdolheid zijn de eisen per land verschillend, informeer op tijd.
De bescherming van de vaccinatie tegen de ziekte van Weil, parainfluenza en kennelhoest is één jaar, tegen hondenziekte, leverziekte en parvo 2 jaar.
Er zijn verschillende vaccins tegen hondsdolheid. Wij maken gebruik van een vaccin met een werkzaamheid van maar liefst 3 jaar!
Jaarlijks overleggen we met u wat uw hond nodig heeft.
*****
PROCESSIERUPS: (zeer gevaarlijk voor honden)
De processierups
De rupsen (dit zijn larven van de processievlinder) leven in grote aantallen in een gemeenschappelijk spinsel. Je vindt ze vooral in deze tijd van het jaar, eind januari tot eind maart. De rupsen weven hun nest bij voorkeur in de dennenbomen waar Spanje er zo veel van heeft. Van tijd tot tijd verlaten ze hun nest en trekken met z’n allen erop uit om zich vol te vreten met alles wat groen is. Daarna keren ze weer met z’n allen terug naar hun nest om zich verder te ontwikkelen tot een onopvallend nachtvlindertje, een soort motje. Wanneer ze op rooftocht gaan, houden ze een strikte marsroute aan. Elke rups kruipt domweg achter z’n voorganger aan. Zo’n rupsband ziet eruit als een processie en kan wel 10 meter lang zijn. En zo komt de rups aan z’n naam. Wanneer de rupsen een processie houden, kunt u beter uit de buurt blijven en dat geldt zeker voor uw huisdieren. De rupsen bevatten op hun rug uiterst gevaarlijke brandharen die een gifpunt bevatten en die afgeschoten wordt bij aanraking. Als zo’n pijltje in de huid komt, geeft dit veel ellende. Veel erger is het wanneer een hond of een kat in of naar de rupsen hapt en die pijltjes in de bek krijgt. Een heftige ontstekingsreactie is dan het gevolg waarbij niet zelden de halve tong afsterft.
Verschijnselen
Je ziet niet altijd dat uw hond contact heeft gehad met een processierups. Als hij echter plotseling met z’n snuit over de grond gaat, of met z’n poten aan z’n bek krabt of een dikke tong krijgt, is de kans wel erg groot dat hij in aanraking is geweest met een processierups. In
ernstige gevallen worden de honden flink ziek: braken, koorts, rillen en shockverschijnselen.
Is de rups in de keel terechtgekomen, dan kan de keel flink opzwellen en dreigt er verstikkingsgevaar.
Symptomen bij dieren
Als uw hond of kat veel begint te kwijlen en de ademhaling is zeer zwaar of snel, braken, of
hun tong begint te zwellen en hangt uit de mond ga dan ONMIDDELLIJK naar een
dierenarts als noodgeval.
Wat te doen ?
Het is zaak uw dier zo snel mogelijk bij een dierenarts te laten behandelen.
Voorbehoedend: zit er een nest bij u in de buurt, dan zou u dat moeten vernietigen.
Dit kan door de betreffende tak af te knippen en in een plastiek zak te doen en dicht te knopen. Nog beter is het om het nest te verbranden. In de brand, uit de brand.
Verder kunt u niets anders doen dan uw hond zo ver mogelijk uit de buurt van pijnbomen
te houden (katten zijn over het algemeen veel voorzichtiger) en daar waar nesten hangen,
de hond aan de lijn te houden.
Woont u of wandelt u op afgelegen plaatsen, ver verwijderd van de bewoonde wereld, dan zou
u een injectiespuit bij u kunnen dragen om de hond onmiddellijk als eerste hulp een middel
toe te dienen teneinde de zwelling zo veel mogelijk tegen te gaan.
Tenslotte moeten we zelf niet teveel hersenspinsels ontwikkelen en ons laten leiden door
angst voor rupsen, zandvliegen (vanaf 1 april) en andere terroristen.
Angst is namelijk een slechte raadgever; oplettendheid is natuurlijk wel geboden.
Ontwikkelingsfase
Tijdsbestek
Mate van ongemak
Ei
Tot half april
Weinig (door brandharen in oude nesten)
Jonge rups
Half april tot half mei
Beperkt
Volwassen rups
Half mei tot eind juni
Veel (door brandharen in oude nesten)
Pop
Half juni tot eind augustus
Ongemak (door brandharen in lege nesten)
Vlinder
Augustus tot half september
Ongemak (door brandharen in lege nesten)
Ei
September tot half april
Weinig (door brandharen in oude nesten)
*****
LOOPSHEID:
Dit artikel gaat over loopsheid bij de hond.
Wat houdt de loopsheid in?
De loopsheid is de vruchtbare periode van de teef. Deze periode kenmerkt zich doordat het geslachtsdeel meer is opgezwollen als normaal en de teef hieruit druppeltjes bloed verliest.Tijdens deze periode kan ze gedekt worden.
Eerste keer loops.
De eerste loopsheid treedt op tussen de 6-18 maanden leeftijd. Hoe groter dehond, hoe later de loopsheid begint. Indien in huis meerdere teven wordt een jong teefje meestal pas de eerste keer loops als zij ca. 14 maanden is.
Verschijnselen.
# de vulva zwelt op.
# de reuen raken erg geïnteresserd in de teef (wat de teef niet leuk vindt)
# na enkele dagen begint de teef te vloeien (= 1ste dag van de loopsheid, de pro-oestrus). deze uitvloeiing is in het begin bloederig en gaat later over in een bruin waterige uitvloeiing.
# tussen de 9e-12de dag van de loopsheid is de hond vruchtbaar, de oestrus: is de periode waarin ze kan drachtig worden. In deze periode worden reuen niet meer door de teef weggejaagd. De teef probeert zelfs te ontsnappen om op zoek te gaan naar de reu !
# na de vruchtbare periode gaat de uivloeiing stoppen, de vulva gaat weer slinken en de teef snauwt weer de reuen af: de metoestrus is begonnen.
# 3 weken na het begin van de loopsheid stopt de loopsheid, de metoestrus is beeindigd. Tijdens de loopsheid zwelt de baarmoeder (uterus) op, ook de bloedvaten van de baarmoeder zwellen op. Pas 8-10 weken na het einde van de loopsheid is de baarmoeder weer tot rust gekomen. Soms treedt er dan nog wat taaie melkachtige uirvloeiing uit de baarmoedermond op ged. 1-2 dagen.
Wanneer wordt mijn teef loops?
Een teef wordt voor de eerste keer loops tussen de 5-18 maanden leeftijd. Wanneer ze voor het eerst loops wordt hangt van veel factoren af:
# de grootte. Hoe groter een hond wordt, hoe later ze loops wordt.
# erfelijkheid. De fokker kan vaak goed vertellen wanneer uw teef voor het eerst loops wordt.
# als er een loopse teef bij u in huis of in de buurt is stimuleert dat uw teef om ook loops te worden .
De eerste loopsheid kan normaal verlopen maar kan ook kort duren of juist erg lang. Het vloeien kan practisch afwezig zijn of juist heel erg heftig. Honden worden om de 5-8 maanden loops, dit kan steeds b.v. om de 6 maanden zijn maar kan ook voortdurend veranderen.
*****
ARTROSE:
Algemeen
Artrose is een chronische gewrichtsaandoening, waarbij er onherstelbare veranderingen aan het gewrichtskraakbeen (= bekleding van de botuiteinden) en het bot ontstaan. Het gewrichtskraakbeen raakt beschadigd (kan zelfs verdwijnen) en aan de gewrichtsranden treedt extra botvorming op. Het komt niet alleen bij de hond, maar ook bij de kat voor!
Klachten
Hond
De hond is vaak “startkreupel”: hij komt stijf uit de mand na een periode van rust, loopt een paar stappen mank, maar lijkt na een poosje gelopen te hebben weinig last meer te hebben. Opvallend is vaak dat de klachten meer op de voorgrond treden na een actieve dag of wandeling. Vaak vergeten ze tijden het spel de pijn, maar lopen in rust dan weer kreupel.
Diagnose
De diagnose artrose wordt gesteld aan de hand van de klachten, lichamelijk onderzoek en wordt bevestigd met een röntgenfoto.
Behandeling
Artrose is niet meer te genezen, maar een behandeling is gericht om het verder ontwikkelen van artrose te remmen en de klachten te minimaliseren.
Soms is chirurgie ook nog een optie, maar meestal staat het zogenaamde “artrose-regime” centraal:
- Beperken van het lichaamsgewicht
- Aangepaste beweging
Bewegen is heel belangrijk! Vermijd wel de snelle wendingen en draaiingen zoals bij het gooien met een bal en het spelen met andere honden. Kies liever voor het stappen en draven aan de riem (rechtlijnig bewegen). Zwemmen is ook een heel training, maar de hond moet wel makkelijk in en uit het water kunnen komen.
- Pijnstillers en ontstekingsremmers
Deze zijn niet alleen belangrijk om de kwaliteit van leven te verbeteren, maar helpen ook bij het remmen van de ontwikkeling van artrose!
- Voeding(ssupplementen) als Sasha’s Blend® en Mobility van Royal canin®
- Fysiotherapie kan ook uitkomst bieden.
*****
GIFTIG VOOR HONDEN:
Druiven & Rozijnen
Druiven en Rozijnenkunnen bij honden maag - darm problemen en een acute niervergiftiging veroorzaken,
met de dood als gevolg door nier falen.
Druiven en Rozijnen is fataal voor een hond
Uien
Ook is de UI zeer giftig voor honden. Hierin zit thiosulfaat, dat de rode bloedcellen kan aantasten. Dit kan bloedarmoede, maag - darmproblemen, zwakte en ademnood veroorzaken.
Advocado's
Wat je ook niet moet geven zijn AVOCADO'S. Deze bevatten de giftige stof, persine, en kan maag - darmproblemen, ademnood en vochtopeenhoping veroorzaken.
Xylitol
Ook is XYLITOL gevaarlijk voor honden. Dit zou bij honden de afgifte van insuline bevorderen wat kan leiden tot een
plotselinge daling van de bloedsuikerspiegel en allerlei stoornissen, zelfs met de dood tot gevolg.
CHOCOLADE VERSCHIJNSELEN
overgeven, misselijkheid en diarree
omvallen, stuiptrekkingen en schuimbekken
dwangmatig bewegingen
hartritmestoornissen
sterfte (kan optreden binnen 24 uur)
tegen gif voor chocolade
Er is geen antistof, zodat je alleen de verschijnselen kunt bestrijden
Korter dan 2 uur na inname: Laten braken ( zelf mbv.1/2 - 1 theelepel zout achter op de tong of
een injectie bij de dierenarts).
Langer dan 2 uur na inname:
Norit 2-8 gram/kg lichaamsgewicht.
Indien verschijnselen zoals boven beschreven optreden:
bel met de dierenarts voor een behandeling.
Wees voorzichtig met chocolade in bijzijn van uw hond!
GIFTIGE PLANTEN
Er bestaan heel veel giftige planten. We kunnen ze onmogelijk allemaal noemen. Bij het opeten ervan zullen meestal klachten ontstaan als speeksels, braken en/of diarree, maar ook neurologische verschijnselen kunnen worden gezien. De meest voorkomende (in huis en tuin) en bekende giftige planten zijn: Vingerhoedskruid (Digitalis), Monnikskap (Aconitum), Klimop (Hedera), Leliesoorten (Lilium), Taxus, Doornappel (Datura), Lupine, Gouden regen (Laburnum), Kerstroos (Helleborus) en de in de december maand zeer populaire Kerstster.
ARSENICUM BEVATTENDE STOFFEN (Arsenicum is)
Als uw dier een middel heeft opgenomen dat arsenicum bevat zien we een ernstige, soms bloederige, diarree en een algemeen ziek dier. De behandeling bestaat, indien acuut, uit het toedienen van eiwit via de bek. Daarna kan er via een injectie een antidoot (Dimercaprol = BAL) tegen zware metalen gegeven worden. Arsenicum wordt overigens tegenwoordig steeds minder gebruikt waardoor het aantal vergiftigingen sterk is afgenomen
RATTEN- EN MUIZENGIF (CUMARINEDERIVATEN)
De verschijnselen zijn braken en stollingsstoornissen die kunnen resulteren in onderhuidse bloedingen of bloedingen in het slijmvlies of uitgebreide inwendige bloedingen. De verschijnselen die daaruit voortkomen verschillen afhankelijk van de lokalisatie van de bloeding. Als de inwendige bloeding bijvoorbeeld in de borstholte optreedt dan leidt dit tot benauwdheid. De behandeling bestaat uit het geven van vitamine K1, via een injectie in een bloedvat. Vitamine K1 werkt maar kort, circa 1 uur. Meestal is een zeer intensieve behandeling noodzakelijk en kan het dier het beste verzorgd worden op een intensive care. Tijdens de behandeling moet regelmatig de mate van stolling van het bloed worden bepaald en aan de hand daarvan moet de dosering van de vitamine K1 worden bijgesteld tot volledige genezing bereikt is.
ANTIVRIES (ETHYLEENGLYCOL)
Omdat heden ten dage auto's gesloten koelsystemen hebben zou een antivriesvergiftiging eigenlijk tot het verleden moeten behoren. Omdat er echter toch nog hier en daar oude bewaarde restjes koelvloeistof opduiken en auto's (of andere voertuigen) ook nog wel eens koelvloeistof kunnen lekken (bijvoorbeeld als de radiateur kapot is) willen we het onderwerp niet onbelicht laten. Omdat de koelvloeistof een zoete geur en smaak heeft kunnen vooral honden de verleiding het op te likken niet weerstaan. Maar ook een kat die erdoor heen loopt en daarna de poten schoonlikt kan antivries binnen krijgen. De verschijnselen zijn braken, diarree, veel drinken en veel plassen. Door de ethyleenglycol raken met name de nieren ernstig beschadigd. Later kunnen er neurologische verschijnselen optreden in de vorm van toevallen. De behandeling bestaat uit het, zo snel mogelijk, geven van een infuus waarin alcohol is opgelost. Eventueel kan uw dierenarts u aan de telefoon vragen om uw dier thuis alvast alcohol (jenever of wodka, een borrelglaasje per 10 kg lichaamsgewicht) in de bek in te geven, waarna u met spoed naar de kliniek vertrekt.
SLAKKENGIF (METALDEHYDE)
De verschijnselen zijn neurologisch van aard: dronkemansgang, spiertrillingen, snelle bewegingen van de pupil in het oog, krampen en toevallen. Er is geen specifiek antidoot en de behandeling kan alleen maar ondersteunend zijn (anti-epileptica). Meestal is het nodig het dier op een intensive care op te nemen, maar dan nog is de kans op genezing niet al te groot.
ONKRUIDBESTRIJDINGSMIDDELEN
Er is een zeer groot aantal middelen in gebruik, waarvan sommige uiterst toxisch zijn. Het is altijd belangrijk om de verpakking mee naar de kliniek te nemen omdat hier vaak behandelingsmogelijkheden op vermeld staan.
HASJ (CANNABIS)
Nu zal niet iedereen Hasj in huis hebben, maar een hond kan het bijvoorbeeld ook van de straat opeten. De verschijnselen zijn zeer uiteenlopend, variërend van sloomheid tot een zeer drukke en angstig reagerende hond (excitatie). Soms gaat het dier speekselen. Er is geen specifiek antidoot. Hoewel een homeopathische behandeling mogelijk uitkomst zou kunnen bieden (Cannabis indicus in een homeopathische verdunning). Het speekselen en de excitatie kan eventueel door de dierenarts bestreden worden en verder is uitslapen de beste behandeling.
Pas dus op met wat u uw hond geeft.
*****
KENNELHOEST:
Algemeen
Kennelhoest is een ontsteking van de voorste luchtwegen bij de hond, veroorzaakt door o.a. een virus (Parainfluenza ) en de bacterie Bordetella . Verminderde weerstand, stress, veel blaffen of een hogere infectiedruk (veel honden bij elkaar waarvan meerdere de aandoening hebben) verhogen de kans op verspreiding en aanslaan van de infectie. De naam kennelhoest is dan ook ontstaan doordat de ziekte zich vooral laat zien op plaatsen waar veel honden dicht bij elkaar leven, zoals bijvoorbeeld in een pension, bij de training of op de show. De besmetting vindt plaats via druppeltjes vocht en slijm die worden uitgehoest.
Klachten
De ziekteverschijnselen ontstaan meestal heel acuut. Kortstondig niezen (meestal valt dat niet op) en dan uitputtende hoestbuien, vooral door opwinding. Het is een harde, veelal droge hoest, welke kan eindigen in kokhalzen. In het algemeen is er geen sprake van koorts, de eetlust is normaal en de hond veelal levendig. Maar bij een aantal honden echter neemt de ziekte ernstiger vormen aan, met koorts en het ontwikkelen van longontsteking, die zelfs dodelijk kan zijn, ondanks de behandeling met antibiotica!
Behandeling
Het beste dient er direct met een specifiek antibioticum kuur te worden gestart. Daarmee wordt de bacterie gedood en het ontwikkelen van een longontsteking voorkomen. Als er eenmaal sprake is van een ernstige longontsteking, is het vaak heel moeilijk om die met antibiotica te overwinnen.
Voorkomen is beter dan genezen
Een deel van de bescherming tegen kennelhoest zit in de “cocktail” prik (Parainfluenza ), maar in het geval een hond verhoogd risico heeft op het oplopen van kennelhoest (pension, hondencursus, show), dient er een extra vaccinatie gegeven te worden om te beschermen tegen Bordetella . Deze vaccinatie kan het beste via een zgn. neusenting worden gegeven, welke na toediening van een paar druppels in de neusgang binnen 3-5 dagen bescherming geeft.
*****
OVERVERHITTING:
Inleiding
Oververhitting van een huisdier is een regelmatig voorkomende, levensgevaarlijke toestand die zeer snel kan ontstaan bij hogere omgevingstemperaturen. Helaas komen er toch ieder jaar weer veel honden in deze toestand bij de dierenarts. Ook komen er knaagdieren of konijnen die in een benauwd, warm hok hebben gezeten oververhit bij de dierenarts. Wat kunt u doen om deze situatie te voorkomen en hoe worden oververhitte dieren behandeld?
Algemeen
Oververhitting ontstaat vaak doordat honden opgesloten worden in ruimtes met een slechte ventilatie, bijvoorbeeld in een auto. Zelfs op een gematigd warme dag kan dit fataal zijn. De temperatuur in een gesloten auto die in de zon staat kan zeer snel oplopen in een korte tijd. In minder dan 20 minuten kan de temperatuur tot boven de 49° C stijgen terwijl het buiten slechts 24° C is.
Honden die in deze situatie zitten kunnen binnen één uur sterven. Grote honden met een korte schedel zijn extra gevoelig. Te dikke honden en honden met een dikke vacht behoren ook in de risico groep. Als u stilstaat in de file en u heeft geen airconditioning kan uw hond zelfs al oververhit raken!
Ook kan een oververhitting tijdens een wandeling op een warme of benauwde dag ontstaan. Een lange wandeling, intensief spelen of werken met uw hond, terwijl er geen afkoeling in het water mogelijk is, kan dan aanleiding zijn tot een oververhitting.
Knaagdieren en konijnen moeten verkoeling kunnen zoeken op een warme dag en daarom mag het hok natuurlijk niet in de zon staan.
Symptomen
De verschijnselen die u kunt zien bij een oververhitte hond zijn erg hijgen, braken, diarree, sloomheid, gaan liggen tijdens de wandeling, slingerend lopen en het krijgen van een blauwe tong. De dieren kunnen in shock en coma raken. De rectale temperatuur is gestegen naar 41° tot 43°C.
Knaagdieren en konijnen zijn sloom en ademen erg snel.
Behandeling
Een oververhitte hond is een spoedgeval. De behandeling van de hond bestaat uit het afkoelen met koel (maar geen ijskoud) water bij voorkeur in een bad totdat de lichaamstemperatuur weer bijna normaal is. De normale lichaamstemperatuur van een hond is 38° tot 39° C.
Helaas zijn we hierna nog niet altijd uit de problemen. Door de oververhitting kunnen de organen ernstig beschadigd zijn. Bij ernstige gevallen van oververhitting is het noodzakelijk de dieren op te nemen bij de dierenarts en ze ter ondersteuning een infuus te aan te leggen en verder te behandelen.
De prognose is afhankelijk van de schade die de organen geleden hebben. Het lichaam kan ernstig in de problemen komen door al de weefselschade. Ondanks een goede behandeling kunnen de dieren alsnog op een later tijdstip overlijden.
*****
VLOOIEN:
Algemeen
Een veel voorkomend probleem bij huisdieren is de aanwezigheid van vlooien. Er komen twee soorten vlooien voor: de hondenvlo en de kattenvlo. Hiervan komt de kattenvlo veruit het meeste voor, ook bij honden.
Om zich te kunnen voortplanten heeft de vlo een bloedmaaltijd nodig. Hierna legt de vlo enige tientallen tot honderden eitjes, die in de directe omgeving van uw huisdier (uw huiskamer) op de grond vallen. Na 6-8 weken - bij warm weer veel sneller - hebben zich uit de vlooieneitjes weer nieuwe vlooien ontwikkeld; deze zoeken weer een nieuwe gastheer op. Vooral na vakanties kan dit op grote schaal gebeuren (vlooienplaag !). Aangezien de eieren ook in huis liggen kunnen onze dieren ook in de winter vlooien krijgen.
Klachten
De aanwezigheid van vlooien leidt vaak tot heftige jeuk en krabben bij uw huisdier. De jeuk begint vaak op de achterhand, maar kan zich over het hele lichaam heen verspreiden. Honden bijten dan delen van de huid kapot, vaak tot bloedens toe. Bij de kat zijn vaak over de hele rug tientallen kleine bultjes en korstjes te voelen (zgn. miliaire dermatitis ). Het achterste gedeelte van de rug kan kale plekken vertonen. Deze verschijnselen zien we voornamelijk bij honden en katten die overgevoelig zijn voor het speeksel van de vlo (vlooienallergie).
Diagnose
Het is niet altijd even makkelijk om een vlooienbesmetting vast te stellen. Vooral bij dichtbehaarde of langharige dieren zijn deze kleine watervlugge beestjes moeilijk te vinden.
Bovendien leven vlooien niet op dieren, ze eten er alleen maar.
Uit onderzoek is gebleken dat 99% van de vlooien in de omgeving zitten en slechts 1 % op uw huisdier! Wanneer u dus 1 vlo vindt op uw huisdier zitten er maar liefst 99 exemplaren in uw huishouden in de vorm van eitjes, poppen, larven en volwassen vlooien!
U kunt daarom beter uitkijken naar de aanwezigheid van "vlooienpoepjes": kleine zwartbruine korreltjes die zich tussen de haren bevinden. Om het onderscheid te maken tussen een vlo-poepje en een zandkorrel kunt u de korreltjes op een natte tissue leggen. Met een zandkorrel gebeurt niets en het vlo-poepje zal uitlopen tot een roodbruin bloedvlekje.
Behandeling
Voor de bestrijding van vlooien staan ons vele middelen ter beschikking. Hiervan zijn er maar enkele echt afdoende. Afhankelijk van het gewicht en de leeftijd van uw huisdier kunt u kiezen uit verschillende toepassingen. Zo zijn er diverse sprays en pipetten in de nek beschikbaar (Frontline®-spray, Frontline-combo®-pipet, Frontline®-pipet, Defendog®-spray, Stronghold®-pipet, Advocate®-pipet en voor katten de Program®-injectie).
Er moet daarbij een onderscheid gemaakt worden tussen honden en katten die allergisch zijn voor vlooien en honden en katten die geen vlooienallergie hebben. Wanneer er bij een hond of kat sprake is van een vlooienallergie is het belangrijk om zowel alle huisdieren lokaal te behandelen met een middel dat de volwassen vlo doodt, een middel wat de voortplanting van de vlo remt en de omgeving van het dier zoveel mogelijk vlo-vrij te maken.
GEBRUIK S.V.P. GEEN BRAVECTO DIT OMDAT WE HEBBEN ONDERVONDEN DAT SOMMIGE HONDEN HIER
VAN ZEER VERVELENDE BIJWERKINGEN VAN KUNNEN KRIJGEN ZOALS HARTFALEN & EPILEPTIE.
Lintwormen
Zowel bij de hond als ook de kat wordt de lintworm overgebracht door vlooien. De met lintwormlarven besmette vlooien worden bij het verzorgen van de vacht door uw huisdier gevangen en opgegeten. In de darm komen deze lintwormlarfjes bij vertering van de vlo vrij en groeien dan uit tot volwassen lintwormen. Van deze lintwormen treffen we de losgelaten witte segmenten - zo groot als rijstekorrels - aan op de ontlasting. De lintwormen zijn goed te bestrijden met lintwormtabletten. Om te voorkomen dat de lintwormen telkens terugkeren, dienen echter ook de vlooien te worden aangepakt.
Lintwormbestrijding zonder een afdoende vlooienbestrijding is dan ook niet goed mogelijk!
Samenvatting
- Heeft uw dier last van vlooien, pak het grondig aan.
- Behandel het dier met een middel van uw voorkeur of vraag advies aan uw dierenarts
- Behandel de omgeving met een goede omgevingsspray (Indoor-X®).
- Gebruik middelen die effectief en veilig zijn (o.a. voor kinderen).
- Doe bijvoorbeeld een vlooienbandje in de stofzuigerzak (of het deel dat u hebt afgeknipt om het bandje passend te maken om de nek van uw huisdier).
- Het huis goed stofzuigen, voornamelijk de vloerbedekking, banken. Stoelen, kieren en naden.
- Was de kleedjes waar uw huisdier op ligt regelmatig uit.
- Gaat uw huisdier veel mee in de auto vergeet deze dan niet mee te nemen bij de behandeling van de omgeving, hetzelfde geldt voor een reismandje.
*****
GIARDIA:
https://www.dierenkliniekwilhelminapark.nl/dierinfo/hond/giardia.html
lees hier alles er over op deze site.
*****
MAAGTORSIE:
Algemeen
Een maagtorsie of maagdraaiing is een acute, levensbedreigende afwijking, waarbij onmiddellijk moet worden ingegrepen. Ophoping van lucht in de maag maakt van de maag een ballon. De maag is een asymmetrische ballon, zodat deze bij een bepaalde vulling om zijn centrale as draait. Door zwelling en natuurlijk door draaiing worden in- en uitgang van de maag afgeknepen en is er zonder ingrijpen geen weg meer terug. De hond raakt in een ernstige shock, uiteindelijk kan de maag scheuren en het arme dier sterft onder enorme pijnen.
Een extra complicatie is, dat de milt, die aan de maag vastzit ook nog eens meedraait, klem komt te zitten, zwelt (mogelijk scheurt) en de shock en de buikpijn nog eens verergert. Bovendien zal de gezwollen milt de zaak nog eens extra vast zetten.
Klachten
Meestal zien we maagdraaiingen bij de grote rassen met een diepe borstkas (boxer, Ierse wolfshond, Duitse Dog), zelden of nooit bij de kleine. Het komt voor op alle leeftijden. De meest voorkomende symptomen zijn onrust, kwijlen, loos braken en een sterke toename van de buikomvang, wat het duidelijkste te zien is links achter de borstkas.
Behandeling-Spoedgeval!
Als u de verschijnselen zoals hierboven beschreven zijn herkent, moet u onmiddellijk een dierenarts waarschuwen. Zwelling van de maag kan snel gaan.
Om te beginnen wordt geprobeerd een slang, een maagsonde, in de maag te brengen. Als het meezit kunnen de gassen en vaak ook de rest van de maaginhoud door deze slang ontsnappen. De maag wordt daardoor kleiner en de kans bestaat dat hij weer in zijn normale positie terugdraait. Wanneer hij meer dan een halve slag gedraaid is, lukt het vaak niet meer om de slang erin te krijgen. Die loopt dan vast aan het eind van de slokdarm. In zo'n geval wordt geprobeerd dwars door de buikwand heen met een holle naald de maag aan te prikken. De gassen kunnen door de naald naar buiten en met een beetje geluk draait de maag zover terug dat het mogelijk wordt de maagsonde erin te brengen om de rest van de inhoud eruit te hevelen. Indien dit alles niet lukt, of indien het wel lukt, maar de maag daarna toch weer opzet, zit er niets anders op dan het operatief te proberen. Een tweede maatregel die de dierenarts zal nemen is de hond tegen de vaak zeer ernstige shockverschijnselen behandelen. Daarbij wordt het dier ook aan een infuus gelegd.
Nabehandeling/Preventie
Voeding
Een maagdraaiing begint meestal met gasophoping. Het is waarschijnlijk, dat deze gasophoping veroorzaakt wordt door lucht slikken, bijvoorbeeld omdat de hond misselijk is. Een belangrijke maatregel is dan ook, dat de voeding verdeeld wordt over het etmaal. De voeding moet hetzelfde blijven. Geef dus niet plotseling totaal iets anders.
Houdt de hond tevens rustig tot en met 2-3 uur na de maaltijd!
Probioticum
Een tweede maatregel is het geven van probioticum met extra vezel. Probioticum is niets anders dan een grote hoeveelheid extra darmflora. Normale darm bacteriën die we hard nodig hebben voor het goed functioneren van onze darmen. Ook vezels zijn daarbij onmisbaar.
*****
HD ( HEUPDYSPLASIE):
Algemeen
HD is een bekend probleem bij honden maar komt ook bij andere diersoorten voor inclusief de mens. De ziekte ontstaat omdat het heupgewricht niet mooi op elkaar past. Kom en kop schuren langs elkaar waardoor slijtage ontstaat. Slijtage in gewrichten uit zich altijd door vorming van meer bot rond het desbetreffende gewricht en dit noemen we dan Artrose.
Klachten die vaak voorkomen bij HD
v Kreupelheid aan 1 of 2 achterpoten
v Pijnlijke achterhand
v Moeilijk opstaan vooral na lang liggen
v Zwakke achterhand (snel gaan zitten of liggen)
v Soms zijn de nagels van de achterpoten afgesleten
v Vaak staan de knieën naar binnen en de voeten naar buiten (koehakkig)
Diagnose
Röntgenfoto’s laten meestal duidelijk zien of uw dier lijdt aan deze ziekte of dat er misschien een ander oorzaak is van de klachten. Er komen nogal eens meerdere vormen van artrose voor in de achterhand. Ook deze zijn meestal goed te zien op röntgenfoto’s, bijvoorbeeld spondylose van de ruggenwervels.
Behandeling
Omdat het eigenlijk altijd al om een slijtageproces gaat is genezen niet meer mogelijk maar dat zegt niet dat we uw dier niet meer klachtenvrij kunnen krijgen. Doel van de behandeling is dus om het slijtageproces zoveel mogelijk te remmen en de pijn weg te nemen. Dit kan op verschillende manieren:
v Pijnstillers/ontstekingsremmers
v Voedingssupplementen/speciale voeding om de gewrichten te “smeren”
v Training van de juiste spieren
v Operatie om de pijn te verlichten
v Operatie om een kunstheup te plaatsen (vooral jonge honden)
*****
ELLEBOOG DYSPLASIE (ED):
Algemeen
Elleboogdysplasie (ED) is een aandoening bij jonge honden, waarbij het ellebooggewricht zich niet normaal ontwikkelt. Elleboogdysplasie is eigenlijk een verzamelnaam voor een aantal verschillende aandoeningen:
(1)Het los processus coronoïdeus (LPC)-e
Het “processus coronoïdeus” betekent kroonuitsteeksel. Dit uitsteeksel zit aan de binnenkant van de ellepijp (c) in het ellebooggewricht. Bij een los “processus coronoïdeus” (LPC ) ligt dit stukje, of een gedeelte ervan, los in het gewricht
(2)Elleboogincongruentie
Het spaakbeen (b) en ellepijp vormen samen de (holle) bodem respectievelijk de (holle) achterkant van het ellebooggewricht. In die holte past normaal gesproken heel precies het (bolle) uiteinde van de bovenpoot. Als het spaakbeen trager of juist sneller groeit dan de ellepijp, past de 'puzzel'' spaakbeen - ellepijp – bovenarm niet meer netjes en ontstaat er wrijving in het ellebooggewricht. In een dergelijk geval is er sprake van een zogenaamd “incongruent”, oftewel een niet passend, gewricht.
(3)Het los processus anconeus (LPA)-d
Het processus anconeus is een uitpuiling van de ellepijp, die in de bovenarm scharniert. Bij een LPA breekt dit stukje af en komt los in het gewricht te liggen.
(4)Osteochondritis Dissecans (OCD)
Bij OCD is er een verstoring in de groei en rijping van het kraakbeen, waardoor er stukjes kraakbeen van een slechte kwaliteit kunnen ontstaan. Deze stukjes kunnen geheel of gedeeltelijk loskomen van hun ondergrond, gaan zwerven in het gewricht en kunnen hierdoor kreupelheid veroorzaken.
Het ontstaan van ED is een ingewikkeld proces, waarbij erfelijke factoren, een snelle groei en ook voeding een rol spelen.
Klachten
Bij ED is de hond vaak wisselend kreupel aan één of beide voorpoten, die vooral bij overbelasting verergert. Dat kan al ontstaan vanaf 5 maanden leeftijd. Afhankelijk van welke aandoening(en) er bij de ED een rol spelen/speelt, kan het ellebooggewricht over vult, pijnlijk zijn bij strekken/buigen en kan de hond met zijn poten “maaien”, naar buiten zwaaien.
Diagnose
Met een röntgenfoto kan ED worden vastgesteld, maar op de röntgenfoto hoeft (nog) niks zichtbaars te zijn! Het is dan ook aan te raden bij twijfel het röntgenonderzoek na 6 - 8 weken te herhalen. Botwoekeringen ontstaan pas in een later stadium, waardoor we de diagnose vaak pas in een later stadium kunnen stellen
Uiteindelijk is diagnose met zekerheid te stellen met behulp van een kijkoperatie (arthroscopie ) of CT-scan. Tijdens arthroscopie kan direct chirurgisch ingegrepen worden.
Behandeling
Afhankelijk van welk (aandoening(en) er aanwezig zijn, kunnen losse stukjes worden verwijderd of kunnen de stukjes op hun oorspronkelijke plek weer vastgezet. Bij een echte elleboogincongruentie moet soms (ook) de ellepijp worden doorgezaagd om deze te verkorten of juist te verlengen.
Preventief
In het algemeen moeten honden met LPC voor de fokkerij worden uitgesloten.
Een aangepaste voeding voor de snel groeiende pup van een groot ras is zeer belangrijk (Royal Canin® Giant, Maxi of natuurlijk KVV / BARF). Het is namelijk erg belangrijk om de jonge hond mooi gelijkmatig in gewicht te laten toenemen en te voorkómen, dat hij te snel en onevenredig groeit.
Beweeg met verstand; 3 x daags 30 - 60 minuten “rechtlijnige” beweging. Dus beperk de wilde spelletjes met andere honden en het apporteren met de bal!
*****
PAPILLOMATOSE:
Papillomatosis Virus
Is de naam voor een wildgroei van wratjes op het slijmvlies van de mond bij een jonge hond. De wratachtige gezwelletjes kunnen door de hele mond verspreid zijn overgang huid naar slijmvlies rond de gehele mond, lippen, tong, verhemelte, strottenklep, keel en bovenste deel van de slokdarm. Er kunnen soms wel 100 kleine bloemkooltjes in de mondholte zichtbaar zijn.
De wratten kunnen beschadigd worden, gaan bloeden en raken geinfecteerd. Soms kunnen ze de keel of luchtpijp blokkeren. Heel sporadisch zien we deze gezwelletjes op de oogleden en in de neusgaten. De honden zijn in de meeste gevallen niet echt ziek maar kunnen ze wel een verminderde eetlust hebben, speekselen , en stinken ze uit de bek. Deze slijmvlieswratten worden veroorzaakt door het papilloma-virus. De incubatietijd duurt 1-8 weken.
Deze wratten zijn bijna altijd goedaardig en verdwijnen meestal spontaan tussen 1-5 maanden, papillomatose is wel besmettelijk voor andere honden, maar niet voor de mens. Maar vaak zien we bij honden met een goed immuunsysteem ( volwassen hond ) geen besmetting. Jonge / oude met een minder sterk immuunsysteem zullen veel vatbaarder zijn en is het dus verstandig om al besmette honden te scheiden van honden, die gevoelig zouden kunnen zijn voor deze besmetting.
Hoewel deze ziekte in de meeste gevallen vanzelf geneest, kan de hond er last van hebben en vindt het baasje het vaak een onsmakelijk gezicht. Daarom kan er behandeld worden met homeopathische middelen
Behandeling: Aloe First en Aloe Vera Gelly of Aloe Propolis creme kunnen gebruikt worden voor wratten die niet spontaan verdwijnen of die behandeld zijn.
Vitamine C wordt er ook genoemd om het immuun weer op te bouwen.